Gaan we richting een Europees Recht op Repareren?

Gaan we richting een Europees Recht op Repareren?

Op woensdag 30 maart 2022 lanceerde de Europese Commissie haar Sustainable Products Initiative (SPI). Wat houdt dat precies in en wat betekent dat voor de herstelsector?

Wat is het SPI? 

Het Sustainable Products Initiative (SPI) is een reeks Europese wetgevingsdossiers die als doel hebben de circulariteit van de Europese interne markt te stimuleren. De EU stelt het SPI voor als game-changer voor de Europese cirulcaire economie.

  • In tegenstelling tot de traditionele  maatregelen ter bevordering van de circulaire economie (met focus op recyclage), streeft het SPI naar het inbouwen van duurzaamheid in de volledige levenscyclus van het product, te beginnen bij de ontwerpfase.
  • De voorgestelde maatregelen liggen nu op tafel, maar zullen pas binnen enkele jaren in werking treden. Nog even geduld dus! 
  • Naast het SPI, kondigde de Europese Commissie ook een andere initiatief aan om de rol van consumenten te versterken binnen de groene transitie. Dat heeft als doel greenwashing aan te pakken en geplande veroudering tegen te gaan.

 

Wat met repair?

Hoewel een daadkrachtig Europees recht op repareren nog niet aan de orde is, zijn er wel enkele positieve ontwikkelingen binnen het SPI.

  • Regels voor duurzaam productontwerp. Deze regels moeten ervoor zorgen dat producten op de EU-markt niet alleen energie-efficiënt en recycleerbaar, maar ook repareerbaar en duurzaam zijn, alsook vrij van gevaarlijke chemicaliën. Producten die niet duurzaam ontworpen zijn, mogen dan niet meer op de Europese markt gebracht worden. 

 

  • Een productpaspoort zorgt voor meer transparantie. Naast productontwerp voorziet het SPI ook de introductie van digitale productpaspoorten. Hierin zal informatie staan over de samenstelling en de circulariteit van een product: de materiaal- en chemische eigenschappen, richtlijnen voor hergebruik en reparatie. Consumenten zullen bijvoorbeeld kunnen zien hoe lang ze mogen verwachten dat een product meegaat en hoe herstelbaar het is. Herstellers zullen toegang krijgen tot meer technische informatie over de samenstelling van een product, zodat ze makkelijker kunnen bepalen of een product geschikt is voor reparatie, hergebruik, remanufacturing of recyclage.

 

  • Een brede scope zorgt voor meer producten die hersteld kunnen worden. De Europese Commissie zal niet enkel focussen op elektrische toestellen, maar wil zoveel mogelijk producten en sectoren betrekken. Dit betekent dat de verplichte beschikbaarheid van reserveonderdelen – die bijvoorbeeld nu al voor wasmachines geldt – ook van toepassing wordt voor andere producten zoals bijvoorbeeld ICT. Het moet ook gemakkelijker worden om meubelen en textiel te herstellen. De Europese Commissie publiceerde in haar Textiel Strategie een plan van aanpak om ‘s werelds meest vervuilende sector te verduurzamen en wil daarvoor onder andere hergebruik- en reparatiediensten stimuleren.

 

Conclusie

Het SPI is zeker een positieve ontwikkeling op Europees niveau. Toch vrezen we dat de resultaten nog lang op zich zullen laten wachten. Zeker als we zien dat de Europese Commissie amper extra personeel zal inzetten op productbeleid. Ook betreuren we dat het verbod op de vernietiging van onverkochte goederen – waarover aanvankelijk werd gesproken – uiteindelijk niet is opgenomen in het SPI.