Duurzame en repareerbare producten: de consument wil ze wél
Soms hoor je dat er zo weinig gerepareerd wordt ‘omdat de consument dat niet wil’. Consumenten zouden hun kapotte spullen niet meer (laten) repareren, of zelfs weggooien voor ze kapot gaan, omdat ze liever het allerlaatste model hebben. Verschillende onderzoeken laten nochtans zien dat de consument niet van slechte wil is.
Onderzoek van de Europese Commissie uit 2018 toont aan dat 64% van de mensen altijd probeert om een kapot product eerst te (laten) repareren in plaats van onmiddellijk een nieuw te kopen. De Eurobarometer Survey van 2020 stelde Belgen de vraag hoe lang ze hun smartphone het liefst zouden gebruiken. Eén derde antwoordde ‘minstens 5 jaar’ en nog eens één derde antwoordde ‘minstens 10 jaar’. Uit het onderzoek bleek ook: de hoofdredenen waarom mensen een nieuwe smartphone kopen, zijn dat hun toestel kapot ging of slechter begon te werken. Slechts 9% van de Belgen kocht een nieuwe smartphone omdat ze het laatste model wilden hebben. In hetzelfde onderzoek gaf 81% van de Belgen aan dat ze vonden dat producenten verplicht zouden moeten worden om beter repareerbare toestellen te maken.
Beter repareerbare producten: een stap in de goede richting
In de EU worden vanaf 2021 fabrikanten van een aantal grotere toestellen, zoals wasmachines, vaatwassers en koelkasten, verplicht om informatie en wisselstukken gedurende 7 à 10 jaar beschikbaar te stellen aan professionele herstellers. Deze toestellen moeten volgens de Europese regelgeving ook open te maken zijn met gewoon gereedschap.
Maar we zijn er nog niet
Wij vragen dat alle herstellers en mensen die zelf hun toestel willen repareren, makkelijk aan informatie en wisselstukken kunnen geraken, ook voor kleinere elektrische toestellen. We vragen om de prijs en de levertermijn van wisselstukken te beperken, zodat ze geen drempel vormen om voor herstel te kiezen.
Lees hier enkele interviews met herstellers van Repair Cafés: